Soms is er teveel water, soms te weinig in de volkstuin of moestuin. Met name in het voorjaar valt er soms te weinig regen en moeten we dus bijgieten.
Jonge plantjes hebben nog niet een volgroeid wortelsysteem en moeten dus met name in de beginperiode goed vochtig worden gehouden. Maar ook weer niet teveel omdat de planten dan onvoldoende wortels zetten en u dus steeds moet blijven gieten of sproeien.
Ook in de zomer kennen we warme en droge perioden en bijgieten of sproeien is dan nodig. Als het mogelijk is kunt u het beste de bekende blauwe ton met water vullen. Het water warmt dan op en met een gieter kunt heel gericht water geven. Sproeien is natuurlijk eenvoudiger maar dat water is behoorlijk koud en komt bovendien bovenop de planten. Met name sperziebonen, maar ook tomaten en komkommers houden daar niet van. Bovendien wordt dan ook op delen gesproeid waar geen planten staan, maar waar het onkruid ( warmte en water ) extra snel kan groeien.
Valt er ( te ) veel regen dan kan de grond zoals wel wordt gezegd dichtslaan. De wortels van de planten krijgen als de grond te lang doorweekt is onvoldoende of
geen zuurstof en de plant zal verwelken.
Houd dus de grond goed los. Is de grond heel vochtig dan is dat het gemakkelijkst te doen met de drietand.
Een “natte” tuin is gevoeliger voor schimmels.